Een echo bij kleine baby's kan helpen om problemen met de placenta op te sporen. De Doppler-meting die de bloeddoorstroming bij kleine ongeboren baby's meet, kan laten zien of de placenta goed werkt. Afwijkende metingen kunnen wijzen op een hoger risico op zuurstoftekort en gezondheidsproblemen bij de baby. Als deze afwijkingen aanwezig zijn, is extra controle van de baby nodig.
Tekst: Inge Kerssens • Foto: Amsterdam UMC
ynaecoloog en hoofdonderzoeker Wessel Ganzevoort: “Ongeveer 10% van de ongeboren baby's is kleiner dan normaal voor de zwangerschapsduur. Als de baby klein maar gezond is, is ingrijpen natuurlijk niet nodig. Maar bij kleine baby’s bij wie de placenta niet goed functioneert is het belangrijk om dit goed te monitoren. Soms moet de baby eerder worden geboren.”
Om kleine baby's op te sporen en te controleren of ze hun eigen groeipatroon volgen, wordt gebruik gemaakt van groei-echo’s. In een onderzoek van Ganzevoort en promovendus Mauritia Marijnen van Amsterdam UMC samen met het UMCG en 17 andere Nederlandse ziekenhuizen kregen kleine baby's naast de groeimeting ook een Doppler-meting. “Deze echo meet de weerstand van het bloedvat in de navelstreng, wat iets zegt over de doorbloeding van de placenta”, aldus Marijnen. “Ook meten we met de echo de bloedtoevoer naar de hersenen van het kind. Is deze toevoer hoger dan normaal, dan kan dit duiden op compensatie voor een verminderde werking van de placenta. De baby heeft dan het bloedvat in de hersenen extra 'opengezet' om de hersenen te beschermen tegen het tekort aan voedingsstoffen en zuurstof dat ontstaat door een slecht functionerende placenta. Bij een placenta die minder goed werkt, neemt het risico op gezondheidsproblemen toe, zoals zuurstoftekort bij de baby en soms zelfs sterfte rond de geboorte.”
Geruststellend
“Wanneer blijkt dat een baby klein is ten opzichte van het gemiddelde, is dat voor de zwangere best spannend. Door de Doppler-meting kan het geruststellend zijn als blijkt dat de placenta goed functioneert”, vertelt Ganzevoort. “Dan hoeft de baby ook niet al te vroeg geboren worden, bijvoorbeeld pas bij 40 weken. Dit betekent natuurlijk niet dat we alleen naar deze meting kijken en andere signalen negeren. Een hoge bloeddruk of een andere aandoening bij de moeder kan bijvoorbeeld ook een reden zijn om toch eerder in te leiden.”
Zo lang mogelijk in de baarmoeder
Een deel van het onderzoek was ook gericht op het effect van een eerdere bevalling (zelfs eerder dan 37 weken zwangerschap) bij afwijkende metingen. Dit bleek geen betere resultaten op te leveren. Het advies is dus om bij afwijkende metingen toch te wachten met het opwekken van de bevalling tot minimaal 37 weken zwangerschap, omdat het beter is voor de baby om zo lang mogelijk in de baarmoeder te blijven, tenzij er extra risico's zijn op gezondheidsproblemen.
Standaard uitvoeren in alle ziekenhuizen
"De mogelijkheden van Doppler-metingen waren al bekend, maar deze echo wordt nog niet standaard uitgevoerd in alle ziekenhuizen. Dit onderzoek toont aan dat deze meting waardevol is voor het opsporen van te kleine baby's met een slecht functionerende placenta," aldus Ganzevoort. "Wanneer dit voortaan wel in ieder ziekenhuis wordt gedaan, kunnen we het hogere risico op complicaties tijdens de bevalling beter detecteren en beheren. Ook kunnen baby's waarbij de meting normaal is, minder intensief worden gevolgd. Hierdoor is er meer kans op een natuurlijke bevalling zonder ingrijpen.”
Verder onderzoek
“Het onderzoek loopt nog steeds door”, vertelt Marijnen. “Daarnaast monitoren we de kleine baby’s. Twee jaar na de bevalling ontvangen de ouders een lijst met vragen over de ontwikkeling van hun kind. Met deze informatie kunnen we bekijken hoe zij zich ontwikkelen ten opzichte van baby’s met een gemiddelde grootte tijdens de geboorte. Ontzettend interessant om daarnaar te kijken!’ •
ynaecoloog en hoofdonderzoeker Wessel Ganzevoort: “Ongeveer 10% van de ongeboren baby's is kleiner dan normaal voor de zwangerschapsduur. Als de baby klein maar gezond is, is ingrijpen natuurlijk niet nodig. Maar bij kleine baby’s bij wie de placenta niet goed functioneert is het belangrijk om dit goed te monitoren. Soms moet de baby eerder worden geboren.”
Om kleine baby's op te sporen en te controleren of ze hun eigen groeipatroon volgen, wordt gebruik gemaakt van groei-echo’s. In een onderzoek van Ganzevoort en promovendus Mauritia Marijnen van Amsterdam UMC samen met het UMCG en 17 andere Nederlandse ziekenhuizen kregen kleine baby's naast de groeimeting ook een Doppler-meting. “Deze echo meet de weerstand van het bloedvat in de navelstreng, wat iets zegt over de doorbloeding van de placenta”, aldus Marijnen. “Ook meten we met de echo de bloedtoevoer naar de hersenen van het kind. Is deze toevoer hoger dan normaal, dan kan dit duiden op compensatie voor een verminderde werking van de placenta. De baby heeft dan het bloedvat in de hersenen extra 'opengezet' om de hersenen te beschermen tegen het tekort aan voedingsstoffen en zuurstof dat ontstaat door een slecht functionerende placenta. Bij een placenta die minder goed werkt, neemt het risico op gezondheidsproblemen toe, zoals zuurstoftekort bij de baby en soms zelfs sterfte rond de geboorte.”
Geruststellend
“Wanneer blijkt dat een baby klein is ten opzichte van het gemiddelde, is dat voor de zwangere best spannend. Door de Doppler-meting kan het geruststellend zijn als blijkt dat de placenta goed functioneert”, vertelt Ganzevoort. “Dan hoeft de baby ook niet al te vroeg geboren worden, bijvoorbeeld pas bij 40 weken. Dit betekent natuurlijk niet dat we alleen naar deze meting kijken en andere signalen negeren. Een hoge bloeddruk of een andere aandoening bij de moeder kan bijvoorbeeld ook een reden zijn om toch eerder in te leiden.”
Zo lang mogelijk in de baarmoeder
Een deel van het onderzoek was ook gericht op het effect van een eerdere bevalling (zelfs eerder dan 37 weken zwangerschap) bij afwijkende metingen. Dit bleek geen betere resultaten op te leveren. Het advies is dus om bij afwijkende metingen toch te wachten met het opwekken van de bevalling tot minimaal 37 weken zwangerschap, omdat het beter is voor de baby om zo lang mogelijk in de baarmoeder te blijven, tenzij er extra risico's zijn op gezondheidsproblemen.
Standaard uitvoeren in alle ziekenhuizen
"De mogelijkheden van Doppler-metingen waren al bekend, maar deze echo wordt nog niet standaard uitgevoerd in alle ziekenhuizen. Dit onderzoek toont aan dat deze meting waardevol is voor het opsporen van te kleine baby's met een slecht functionerende placenta," aldus Ganzevoort. "Wanneer dit voortaan wel in ieder ziekenhuis wordt gedaan, kunnen we het hogere risico op complicaties tijdens de bevalling beter detecteren en beheren. Ook kunnen baby's waarbij de meting normaal is, minder intensief worden gevolgd. Hierdoor is er meer kans op een natuurlijke bevalling zonder ingrijpen.”
Verder onderzoek
“Het onderzoek loopt nog steeds door”, vertelt Marijnen. “Daarnaast monitoren we de kleine baby’s. Twee jaar na de bevalling ontvangen de ouders een lijst met vragen over de ontwikkeling van hun kind. Met deze informatie kunnen we bekijken hoe zij zich ontwikkelen ten opzichte van baby’s met een gemiddelde grootte tijdens de geboorte. Ontzettend interessant om daarnaar te kijken!’ •
Tekst: Inge Kerssens • Foto: Amsterdam UMC
Een echo bij kleine baby's kan helpen om problemen met de placenta op te sporen. De Doppler-meting die de bloeddoorstroming bij kleine ongeboren baby's meet, kan laten zien of de placenta goed werkt. Afwijkende metingen kunnen wijzen op een hoger risico op zuurstoftekort en gezondheidsproblemen bij de baby. Als deze afwijkingen aanwezig zijn, is extra controle van de baby nodig.